In onze streken op het noordelijk halfrond, heeft een jaar 4 seizoenen of jaargetijden. We hebben de lente, zomer, herfst en winter. De seizoenen hebben te maken met de stand van de zon ten opzichte van de aarde.

Aan de andere kant van de aarde, bijvoorbeeld in Australië, vieren ze Kerstmis als ze daar zomervakantie hebben, met lekker veel zon. Dan zitten ze met een kerstmuts op aan het strand. Bij ons is het dan winter.

Veel bloemen in de lente komen uit een bol, zoals de narcis, tulp, hyacint en het blauwe druifje.
We noemen dat bolgewassen.
Een bol heeft ‘rokken’, net zoals een ui. Een krokus, ook een voorjaarsbloeier, komt uit een knolletje.

Jonge vogeltjes in een nest. Het zijn nestblijvers. Kaal en hulpeloos sperren ze hun snavels om eten. Wie het hoogst komt, krijgt het eerste eten. Nestvlieders, zoals de eenden, verlaten meteen het nest.
Ze hebben gelijk al veren, kunnen al lopen en zwemmen en scharrelen meteen zelf hun kostje bij elkaar.

De bloesem aan de bomen in het voorjaar is na de bestuiving door de wind of insecten uitgegroeid tot heerlijke vruchten.
De hele zomer door is er volop lekker fruit uit eigen land te krijgen.

Als het zomer is worden er weer veel ijsjes gegeten. Wist je dat ijs al zo’n 2300 jaar geleden door de Chinezen is uitgevonden? Toentertijd werd het gemaakt van sneeuw gemengd met honing of fruit. In 1295 werd het ijs naar Europa gebracht door de Italiaanse ontdekkingsreiziger Marco Polo.

In een herfstbos is van alles te vinden: paddenstoelen, gekleurde bladeren, spinnenwebben en natuurlijk allerlei vruchten van de bomen. Die zijn meestal voor de mens niet zo lekker, maar de dieren zijn er dol op! Eikels, beukennootjes en kastanjes worden vaak als wintervoorraad door
allerlei dieren aangelegd.

Eén van de vervelendste dingen van de winter is ijzel. Wat is dat? Hoog in de lucht is de lucht wat warmer, maar lager is de lucht nog erg koud. Op de grond vriest het vaak nog. Als er dan regen valt, wordt hij onderweg heel koud en bevriest op de grond direct tot een helder ijslaagje.

IJskristallen ontstaan, doordat watermoleculen zich in heel koude lucht vastplakken aan stofdeeltjes. IJskristallen zijn altijd zeshoekig van vorm. Een sneeuwvlok is opgebouwd uit ijskristallen waartussen veel lucht zit. Sneeuw lijkt dus heel licht, maar veel sneeuw op elkaar kan heel erg zwaar zijn.

Download de woordzoeker, kruiswoordpuzzel of andere puzzel van deze Flipping-pagina.
De afbeeldingen die je op deze Flipping-pagina ziet, kun je omdraaien door erop te klikken.
In de tekst kom je woorden tegen, die je ook kunt vinden in de puzzel die je gedownload hebt. Bij een woordzoeker lees je een zin als je alle woorden hebt ingevuld.
Voor je juf of meester is er ook een antwoordblad 

Niet elk seizoen heeft evenveel dagen, en ze beginnen ook niet allemaal precies op de 21e van een maand. De lente begint meestal rond 21 maart, de zomer rond 21 juni, de herfst rond 21 september en de winter rond 21 december. Elk seizoen kan wel eens een dagje eerder of later beginnen. De meteorologische seizoenen beginnen WEL op de 1e dag van de maand: 1 maart, 1 juni, 1 september en 1 december.

Om te onthouden of de klok voor- of achteruit gezet wordt is er een ezelsbruggetje: je wint-er-tijd mee als de wintertijd in gaat (die dag duurt namelijk 25 uur). Of: In het voorjaar zet men de klok vooruit en in het najaar zet men de klok achteruit. Ook: als het weer achteruit gaat (het wordt kouder), gaat de klok een uur achteruit. Gaat het weer vooruit (het wordt warmer) gaat de klok een uur vooruit.

Aan veel bomen en struiken zien we vroeg in de lente al katjes verschijnen. De katjes maken het stuifmeel dat nodig is voor de bestuiving van de bloemen. De bestuiving vindt het meeste plaats door  allerlei insecten en de wind.

De zomer is begonnen. Op 21 juni heeft de zon haar hoogste punt bereikt. Ze staat dan loodrecht boven de Kreeftskeerkring.(Die ligt op 23½ graad NB. – Noorderbreedte – ) Daarna worden de dagen al weer korter. Gek hè, eigenlijk?

In juli en augustus is het in Nederland
zomervakantie. 6 weken hoef je niet naar school. Tijd om met vakantie te gaan. Naar warme landen, of gewoon lekker in Nederland naar het strand, want in Nederland wordt het de laatste jaren ook steeds warmer.

Het regent eigenlijk wel het hele jaar door, maar de herfst is toch wel het natste seizoen. Omdat het vaak al wat kouder is, de wind harder waait en het ’s avonds al wat eerder donker is, is zo’n herfstbui niet altijd even leuk. Overigens hebben we de laatste jaren in Nederland steeds vaker te maken met extreem weer en vinden vaker overstromingen door zware regenval plaats.

Paddenstoelen zijn er in de herfst volop te vinden. Een paddenstoel is het vruchtlichaam van een schimmel. Die schimmel zit onder de grond. Er zijn eetbare paddenstoelen, maar de meeste zijn giftig en zelfs dodelijk. Een bekende Nederlandse paddenstoel is de vliegenzwam: rood met witte stippen. Laat de paddenstoelen maar lekker in het bos staan, dan kan iedereen ervan genieten!

Sneeuw is vaak leuk om in en mee te spelen. Sleetje rijden, sneeuwpoppen maken, of iglo’s en sneeuwballengevechten!
Maar pas op voor mensen in het verkeer en oude mensen. Een ongeluk wil je toch niet op je geweten hebben?

Door het jaar heen verandert de stand van de zon ten opzichte van de aarde en dus ook de lichtinval. In de zomer is het daarom langer licht dan in de winter.
Het is warmer, als de stralen van de zon rechter op de aarde schijnen, dan dat ze heel schuin op de aarde schijnen.
De stralen doen er dan veel langer over en ze moeten een groter oppervlak verwarmen, zoals in de winter.

Als je een boom fotografeert in elk seizoen, zie je goed hoe hij er elke keer weer anders uitziet. Van linksboven met de klok mee: winter - lente - zomer - herfst.

De lente is ook de tijd voor nieuw leven. Allerlei zoogdieren worden geboren.
Vogels, reptielen, amfibieën en vissen leggen eieren, waar de jongen uitkomen.
De natuur heeft het er maar wat druk mee!

In de zomer kan het erg warm zijn. We hebben dan veel zomerse dagen en soms een hittegolf. Het is officieel een hittegolf als er een serie van minstens vijf zomerse dagen (van 25 graden of hoger) is, waarvan er zeker drie tropisch zijn. Bij een tropische dag is het tenminste 30 graden (en hoger). Die temperatuur wordt officieel gemeten in De Bilt in de provincie Utrecht.

Barbecueën is typisch iets voor de zomer. Maar waar komt die naam eigenlijk vandaan? De Spaanse zeelieden, die de kunst van het vleesroosteren leerden van de Arawakan-indianen, staken houten pennen door hun vlees. Deze houten pennen noemden zij barbacoa.

Loofbomen maken zich in de herfst op voor de winter. Het bladgroen wordt uit de bladeren teruggetrokken, waardoor ze gaan verkleuren. Nadat de boom een
kurklaagje tussen het blad en de tak heeft gemaakt, valt het blad af. Tegenwoordig gebeurt het steeds vaker dat bomen in de zomer al bladeren laten vallen, door
extreme hitte. Ze kunnen dan niet voldoende water opzuigen.

Op 21 december begint de winter. Als het lang genoeg gevroren heeft is het tijd om de schaatsen uit het vet te halen. Volop ijspret. Als het ook nog gesneeuwd heeft, kun je ook nog lekker sleetje rijden en een sneeuwpop maken.

’s Winters houden veel dieren een winterslaap. Bij een winterslaap slaapt het dier voor een langere periode. Dan kan een paar weken zijn, maar ook enkele maanden. Voorbeelden zijn bijvoorbeeld de egel, de vleermuis en kikkers, padden en salamanders. Ook de slaapmuizen horen erbij.

Als je heel veel van wintersport houdt, ga je natuurlijk naar een wintersportgebied in de bergen, waar je kunt skiën en snowboarden. Maar zorg dat je veilig op de pistes blijft en de bergen schoon houdt!